Advies op maat:

Deskundig, creatief en efficiënt

Diensten

Bodemonderzoeken

Grondverzet

Andere

Technisch verslag - Grondverzet

De regelgeving van het grondverzet legt voor iedereen (zowel particulieren, bedrijven als overheden) vast hoe met uitgegraven bodem moet worden omgegaan, beginnende op de plaats van ontgraving, tijdens het transport, tot en met de eindbestemming van de bodem. Bij alle stappen van het grondverzet moet aan bepaalde voorwaarden voldaan zijn. Op die manier kan de herkomst van een uitgegraven bodem steeds achterhaald worden. Zo kunnen aannemers of transporteurs van uitgegraven bodem aansprakelijk gesteld worden voor de nieuwe bodemverontreiniging die zij veroorzaken door verontreinigde bodem op een niet toegelaten bestemming te gebruiken. Door het ketenbeheersysteem zal de ontvanger van de uitgegraven bodem dan ook de garantie hebben dat de uitgegraven bodem zijn perceel niet vervuilt.

Wanneer bodem uit mogelijks verontreinigde percelen of in grote hoeveelheden (meer dan 250 m³) wordt uitgegraven, zal de bouwheer moeten laten onderzoeken of de uit te graven grond verontreinigd is. Zo'n onderzoek of 'technisch verslag', wordt uitgevoerd door een erkende bodemsaneringsdeskundige. Het gaat de kwaliteit van de uit te graven bodem bepalen aan de hand van boringen en mengmonsters op het perceel van herkomst. De kwaliteit van de bodem wordt in categoriën ingedeeld, volgens een driedelige code. Het technisch verslag dient door een erkende bodembeheerorganistatie 'conform verklaard' te worden.

Voldoen de gronden aan de 'waarden voor vrij gebruik', dan kunnen ze overal vrij herbruikt worden.

Het gebruik van de gronden als bodem binnen de 'kadastrale werkzone' is minder streng gereglementeerd: uitgegraven bodem die voldoet aan 80% van de bodemsaneringsnorm van het vigeerende bestemmingstype van het perceel mag binnen de kadastrale werkzone vrij gebruikt worden.

Uitgegraven bodem kan niet alleen gebruikt worden als bodem, maar ook als grondstof in bouwwerken of in producten. In dat geval is in de grondverzetregeling sprake van het gebruik van bodem als 'bouwkundig bodemgebruik of vormvast product'. Bijvoorbeeld het gebruik van zand als funderingszand en bij de aanmaak van beton, en het gebruik van klei en leem voor de aanmaak van keramische producten en bakstenen. Hiervoor dient het uitlooggedrag van de gronden bepaald te worden. Om dit na te gaan worden één (of meerdere) uitloogproeven op de reeds genomen stalen uitgevoerd.

Om bij eventuele verontreiniging de bouwplannen te kunnen bijsturen, is het belangrijk om het technisch verslag tijdig te laten opstellen en liefst vooraleer de bodem wordt uitgegraven.

De vrijstelling voor niet-verdachte bodem tot 250 m³ leidt ertoe dat nog steeds kleine porties uitgegraven bodem zonder bodembeheerrapport mag afgeleverd worden. In dat geval is de ontvanger echter niet zeker dat deze bodem terecht zonder bodembeheerrapport mag afgeleverd worden (en nog minder of deze bodem verontreinigd is of niet).

De bouwheer kan wel persoonlijk verklaren dat de bodem afkomstig is van een uitgraving kleiner dan 250 m³ op een niet verdachte grond. Er is in dat geval natuurlijk geen garantie dat deze bodem niet verontreinigd is, daarom is het soms toch aangewezen de bodem te laten onderzoeken.

Is een juiste bestemming voor de uitgegraven bodem gevonden, dan levert een erkende bodembeheersorganisatie vervoersdocumenten af op basis van het technisch verslag en de gegevens van de bestemming van de uitgegraven bodem. Deze vervoersdocumenten zorgen voor een sluitend transportsysteem. Hierdoor kan de erkende bodembeheersorganisatie (of de erkende tussentijdse opslagplaats of het erkende grondreinigingscentrum) de traceerbaarheid van de bodem garanderen zodat de vervoerder de juiste partij uitgegraven bodem oplaadt en op de juiste plaats van bestemming aflevert.

Na het vervoer en het hergebruik van de afgegraven bodem, levert de bodembeheersorganisatie een definitief bodembeheerrapport af als garantie dat de uitgegraven bodem correct werd vervoerd en toegepast.